Reisverslag 2009

Van donderdag 8 oktober tot en met woensdag 21 oktober ben ik op reis geweest naar Tarasiki en Minsk. Daar zitten de reistijden per trein bij.

Ik heb het Dom Internat in Tarasiki bezocht van maandag 12 t/m woensdag 14 oktober. Daarna heb ik deelgenomen aan de Chernobyl Continuity Conferentie in Zjdanovitsjy aan de rand van Minsk.

Larisa is bijzonder blij met de verbandmiddelen. Er zitten dingen bij waar ze in Barysau niet zomaar aan kunnen komen en dan hebben we het nog niet over de prijs. Ook de pampers zijn zeer welkom. Ze vertelt dat de nieuwste richtlijnen 100 pampers per persoon per jaar zijn. Sommige bewoners hebben geluk: familieleden zorgen voor wat extra pampers.

Verder uit de besprekingen:

De spullen die in het voorjaar afgeleverd zijn waren allemaal bruikbaar. Dekens zijn er meer dan genoeg.

Alle bewoners hebben nu goeie schoenen. Drie bewoners hebben hun orthopedische schoenen door de overheid betaald gekregen. Wij zorgen nu voor winterschoenen voor deze drie.

Scholing en training: Nadjezjda wil haar Engels opfrissen. Nadjezjda en Larisa willen de training gaan volgen die door Jan Schrurs in Minsk opgezet is.

Het blijkt dat er gemakkelijk een misverstand rond de term fysiotherapie kan ontstaan. Zij maken namelijk onderscheid tussen medische en sportieve. De sportieve gebruikt hometrainers, loopplanken, gewichten, massages, enz. De medische gebruikt de twee apparaten die zij hebben staan: van die dingen met elektroden en ultrasoon geluid. Daar heb je inderdaad maar een kleine ruimte voor nodig, voor de sportieve een veel grotere ruimte.

Ik krijg een brief om subsidie aan te vragen voor nieuwe medische fysiotherapie-apparaten. Voor de ‘sportieve’ fysio komt nog een verlanglijstje.

We willen de bezigheidstherapie en de creatieve therapie verder steunen. Dat wordt toegejuicht. Ook al is deze therapie nog niet in het gewone beleid ingebouw, beginnen ze blijkbaar te zien hoeveel ze voor de bewoners betekenen.

Het gaat hierbij ook om het tuinprojekt waarbij een deel op verhoging aangelegd wordt zodat de rolstoelers ook een ‘eigen’ stukje kunnen bewerken. Het is goed voor de bewoners die dat willen en kunnen om op deze manier iets te krijgen waarvoor zij de zorg dragen.

We gaan dit keer voor de keuken allebei de diepvrieskasten en de ladenkast/oven vervangen.  Ik breng voorzicht de persoonlijke hygiëne van de bewoners ter sprake. Ze vertellen me dat de bedlegerigen elke dag gewassen worden. De anderen gaan eens per week in bad. Waarom niet vaker? Nou, zoveel mensen in bad doen vergt veel tijd en douches zijn er niet….

Ik merk op dat er t.o.v. mijn eerste bezoek wel een hoop vooruitgang gemaakt is, want de lucht is een stuk frisser.

Nadjezjda heeft de brief van Ingrid van der Lubbe (Lunet Zorg) gelezen en ze is er van onder de indruk. Ze wil Ingrid graag ontvangen, ervaringen uitwisselen, alle nuttige en toepasbare dingen leren. Ze kijkt er naar uit om dingen te bespreken met deskundigen van elders.

Het is nodig om met het moeras naast de deur in de zomer en het najaar horren om voor ramen te zetten. Daar moet van het Dom Internat een begroting voor komen.

Over de matrasbeschermers zijn ze lovend, maar er moeten er nog een stuks of 50 paar bij. Daar zullen we voor zorgen.

Een tandarts uit Nederland mag gerust op bezoek komen, maar hulp is alleen nodig voor het maken en plaatsen van kunstgebitten.

Nadjezjda is met een aantal bewoners met fytotherapie begonnen. Nadjezjda zegt dat ze erg positief is over het resultaat. We steunen de therapie door kruiden en bekers te kopen.

 

Na de besprekingen ga ik met Zina en Masja een paar dameskamers opvrolijken met de meegebrachte muurversiering.

 

Dinsdag en woensdag worden voor het grootste deel besteed aan het doen van de inkopen: koelkasten, oven, projektorlamp, kruiden en bekers, verbandmiddelen, schoenen, make-up, zeep, tandpasta, thermoskannen, een ladenkast voor de creatieve therapie, enz.

 

Woensdagavond bezoek ik de receptie op de Britse ambassade als inleiding op de conferentie.  Plezierig om al een heel stel congresgangers te leren kennen en oude bekenden te ontmoeten.

 

Donderdag en vrijdag staan in het teken van de conferentie, die als doel heeft: het bevorderen van een betere aanpak bij humanitaire hulpverlening, communicatie en netwerken.

De meeste Britse groepen hebben als doel het organiseren in GB van zomerkampen en opvang in pleeggezinnen voor jongeren (respite holidays), de meeste Wit-Russische om kinderen zolang mogelijk in gezinnen te houden en niet in weeshuizen of tehuizen voor gehandicapten.

Het blijkt dat we vooral de problemen aan de grens en die rond visa-aanvragen delen. De eerstgenoemde zijn problemen die zich af en toe voordoen, maar dan heel hardnekkig zijn. De ene keer gaat alles enorm soepel, de andere keer is het een grote blokkade. De douane mocht wel wat meer rekening houden met onze chauffeurs – vrijwilligers, die er hun tijd en salaris aan opofferen om mensen in Wit-Rusland, landgenoten van de douane, te helpen.

 

Een aantal van de geboden presentaties is erg zakelijk, andere zijn nogal emotioneel. Bij die laatste hoort de mijne, die ik als laatste spreker van de eerste dag mag doen. Zina vertaalt. Het is lastig als je eerst 25 minuten gekregen hebt die dan ter plekke naar 15 teruggebracht worden, waarbij je ook nog moet rekenen op de tijd voor de tolk en het feit dat vorige sprekers de zaak een beetje uit hebben laten lopen. In dit spanningsveld heb ik geen tijd voor uitgebreide statistiek of analyses. Het hart krijgt het woord en later blijkt dat het woord als een mes veel harten pijnlijk getroffen heeft. De meerderheid van de aanwezigen voelt en lijdt een beetje mee. Ook Nadjezjda en Larisa zijn soms pijnlijk getroffen door mijn openhartigheid. Ik begrijp het, want het is tenslotte hun werkplek. Maar ik heb in het tweede deel van m’n verhaal toch de vooruitgang benadrukt?! Dat is zo, ja. En ik nog een kans de mensen te verzekeren dat er geen misverstand over moet bestaan: Ik hou van Wit-Rusland, van de mensen, en helemaal van de mensen die wonen en werken in het Dom Internaat van Tarasiki. Zo te horen heeft iedereen dat allang begrepen!

 

De presentatie van Tracey McDonald en Rhys Watkins van Chernobyl Children’s Project UK (West Pennine Group) over hun ervaringen van 3 jaar gastgezin te zijn voor Katja en Mila is er een die je hart treft. De twee meisjes zijn nu 15 geweest en mogen niet meer met het programma meedoen. Tracey en Rhys bezoeken nu de gezinnen van Katja en Mila. What is it like to host? It’s all about the children! Een presentatie zonder opsmuk, met een vleug humor gebracht en recht van hart tot hart!

 

De Wit-Russen vragen of wij onze websites ook in het Russisch aan willen bieden.

 

De conferentie wordt afgesloten met een bezoek aan School Internaat №5. Daar worden we op traditionele wijze ontvangen met хлеб-соль (brood en zout), een concert door de leerlingen en leraren, en een volle tafel eten. Het is er erg gezellig.

 

Met zondag als rustdag tussendoor worden zaterdag en maandag gebruikt voor besprekingen: met Vladimir over lessen en betalingen, met Alexander Solowjew en Ludmila die voor hun dochter Alexandra – die tien jaar geleden twee levensreddende operaties in Nederland heeft ondergaan – een handbediend autootje zoeken, met Natalia Parukova van Chernobylskij Aist – een ’technisch’ bespreking – en met leden van BelAPDIiMI, een typische afkorting die staat voor “Wit-Russisch associatie voor hulp aan kinderen en jongeren met handicap”. Deze organisatie bestaat dit jaar 15 jaar. Hun hoofddoel is gehandicapte kinderen en jongeren als het enigszins kan in gezinnen op te laten groeien. Ze steunen ouders op allerlei manieren en hebben o.a. gezinsvervangende tehuizen. Ze zijn werkzaam in heel WR. Hun webadres: www.belapdi.org.

 

Na anderhalve dag treinen kom ik dan op woensdag weer keurig op tijd om 10 uur in Eindhoven aan.

Maria komt me op het perron al tegen. En om half 11 veilig thuis!